Alweer de laatste dag in Vietnam. Gelukkig voor ons en voor Vietnam hebben we het de tweede helft van de reis beter gehad. Niet qua natuur, want die was in het noorden mooier, vooral anders, dan
in het zuiden, maar de mensen zijn hier wel vriendelijker. We hebben minder het idee dat we afgezet worden, al blijft het wel irritant, afdingen op water... Of weten wij er gewoon beter mee om te
gaan? In ieder geval is onze tweede indruk van Vietnam beter dan de eerste en is de hitte ook een fractie afgenomen. Komt wellicht ook omdat we meer richting zee vertoefden.
Wat is het leuk om weer met de trein te kunnen reizen, ook al is de trein in Vietnam niet wat we gezien hebben in China. Het netwerk is oud, want een geplande hoge snelheids update kan alleen
uitgevoerd worden door Duitsers of Japanners en daar is de Vietnamese partij te trots voor, dus het gaat relatief langzaam, maar wel weer heel mooi om de landschappen voorbij te zien komen (het
zuiden is mooier qua treinroute dan het noorden). We hebben het hele traject afgeled, van de grens met China tot Saigon (zo noemen de Vietnamezen de stad toch liever dan Ho Chi Minh City, de
'nieuwe', communisitische naam).
In Hue hebben we een mooie stapavond gehad met de Engelsen die we eerder in Rusland hadden ontmoet. Het was erg leuk en gezellig om ze weer te zien, zo gezellig dat we de volgende dag erg brak
waren (voor de tweede keer deze reis...) en weinig hebben gezien van de voormalige Franse hoofdstad. De laatste dag hebben we dat flink goed gemaakt met gehuurde motor door de omgeving;
koninklijke tombes gezien, pagoda's, de tijger arena en de olifantentempel. Er zijn heel veel ruines in de omgeving, zoveel dat je er ook makkelijk aan voorbij rijdt, omdat nergens aangegeven
staat wat het geweest moet zijn, maar heel mooi. Overigens vind je overal in Vietnam graven. In de buurt van steden zijn er begraafplaatsen, die evengroot zijn als dorpjes in Groningen (maar wel
stiller) met mooie en grote grafstenen. Op het platteland vind je ze midden in het veld, daar mogen mensen zelf weten waar zeletterlijkhun laatste rustplaats willen vinden. Heel bijzonder en vaak
kleurrijk.
Onze volgende stop was Hoi An, een kustplaatsje waar alle touristen naar toe komen om kleding te laten maken. Uiteraard konden wij daar niet in ontbreken en kreeg Henk zijn verjaardagscadeau, een
pak op maat. Malou heeft een colbertje laten maken en kon ook de 2 jurken niet weerstaan. Het wordt een mooi kerstcadeau, want dan zullen ze ongeveer in Nederland aankomen... Toch beter dan deze
mooie kleding onderin onze backpacks mee nemen. Verder kwamen we hier op straat een Nederlands gezin tegen dat we in Laos al hadden ontmoet. Het waren 2 gezellige avonden waarin we onze
ervaringen uitwisselden, want we doen ongeveer dezelfde reis, maar dan in tegengestelde richting. Het is toch leuk om te zien dat het heel goed gaat om met een gezin met 3 kinderen van 7 t/m 11
jaar op reis te zijn voor een aantal maanden.
En toen moesten we ineens heel goed gaan bedenken wat we nog in Vietnam wilden gaan zien en doen, want ons visum zou binnenkort afgelopen en we waren nog maar halverwege Vietnam. Dat werd dus
behoorlijk skippen. Vanuit Hoi An zijn we in een keer door gegaan naar Saigon. Wat een mooie stad, zo anders dan alle andere stadjes en steden in Vietnam, veel Westerser, maar vooral veel
vriendelijker. Nog steeds proberen mensen je dingen te verkopen, maar op een heel andere manier en ze laten je veel sneller met rust... We hebben een mooie stadswandeling gemaakt en zijn
vervolgens naar het War Remnant Museum geweest. De geschiedenis / Vietnamoorlog is toch wel heel heftig geweest en heeft nog steeds impact. De mooie en beroemde foto's en de personal tourguide
(Henk na het lezen van het boek Tiger Force) maakten het nog indrukwekkender. Je ziet nog steeds overal bomkraters, gehandicapte mensen en leuzen van Ho Chi Minh overal door het land. Dat was ons
allemaal al eerder opgevallen, maar het is nu beter te plaatsen. Heftig!
Omdat we onze hele reis eigenlijk al de Mekong volgen (begint in Zuid China, gaat door Laos en Cambodja en eindigt in Vietnam) zonder de rivier echt te zien (alleen een glimp in Luang Prabang),
wilden we minimaal een dag in de Mekongdelta doorbrengen. Vanuit Can Tho, een stadje middenin de delta hebben we een dag een privebootje gehuurd die ons langs de floating markets voer. Hier doen
marktmensen hun inkopen om vervolgens al het fruit en de groenten op de (stads)markten in de omgeving te verkopen. Erg leuk om te zien. Jammer alleen dat al het afval van de boten en de bewoners
van de Mekongkades al hun rotzooi, van groenafval tot tl-buizen in het water gooien waardoor de rivieren erg vervuild zijn.
En nu zijn we in Chau Doc, een van de grensplaatsen met Cambodja. Vanmiddag gaan we hier de heilige Boeddistische berg Sam beklimmen, die ongeveer 10 keer zo klein is als Mount Emei, maar hier
niet minder belangrijk. We zijn benieuwd. En dan is het tijd om Vietnam uit te gaan, want dan hebben we hier alweer 30 dagen doorgebracht. Deze keer zullen we de grens niet per trein of bus
overgaan, maar per boot. Lijkt ook bijzonder en daar zullen we weer nieuwe avonturen beleven, hopen we. Hopelijk wel iets relaxter, maar de meeste mensen zeggen dat de Cambodjanen meer lijken op
de Lao-mensen, dus daar kijken we wel naar uit.
Jullie allemaal fijne vakantie en anders nog heel even buffelen en dan is het vast ook zover :-).
Veel liefs vanuit een zonnig regenseizoen!
PS1. De foto's komen op een ander moment, want deze computer vertrouwen we niet helemaal.
PS2. Malou haar telefoon heeft het loodje gelegd, dus we zijn niet meer telefonisch (= ook geen whatsapp) bereikbaar. De mail lezen we nog steeds enigszins regelmatig.