henkenmalou.reismee.nl

Zon, water, wind, eindelijk!

Moi!

Daar zitten we dan, ontzettend te genieten van het mooie weer en de frisse lucht. Wat is het heerlijk hier!
De trein van Bangkok naar Butterworth in Maleisie was mooi, gelijk iemand uit Maleisie die terugging naar zijn land en het mooi vond om over zijn land te vertellen, dus kwamen gewapend met al behoorlijk wat informatie aan. We wilden dus heel graag naar de oostkust om daar flink niks te doen aan het strand, maar aangezien het westen vakantie heeft was dat iets moeilijker te realiseren dan we gewend waren. Om niet het risico te lopen dat we geen (fatsoenlijke) slaapplek zouden vinden en niet alleen maar aan het reizen te zijn, zijn we naar een eiland aan de westkust van Maleisie gegaan, Pankor Island. Ook een heel mooi eiland met idyllische privestranden. Hier zaten we op de meeste luxueuze plek van onze reis, een all-inclusive resort. Het kost wat, maar dan heb je ook wat! Een heel mooi strand, eten, drinken en ongemotoriseerde attributen. Dus we konden fietsen, snorkelen, bodyboarden en ze hadden ook een catamaran waarop we zelf mochten zeilen. Helaas kon Malou hierdoor minder luieren, zonnen en lezen, maar het alternatief was dan ook wel erg goed... En als je maar twee dagen hebt (anders is het geld wel heel snel op) dan wil je toch overal maximaal gebruik van maken.

Na Pankor Island hebben we de laatste trein genomen van onze reis naar Kuala Lumpur. Het was een heel mooie, nieuwe trein, met voor het eerst tijdens onze reis een temperatuur die aangenaam was. In Rusland en Mongolie was het ongeveer 25 graden in de trein, veel te warm in verhouding met buiten en daarna hebben we veel in treinen gezeten waar de airco schommelde tussen 15 en 18 graden terwijl het buiten 35 graden is. Toch bijzonder... Het was een hele mooie reis, want we kwamen door een mooi gebied, geweldige zonsondergang en het spoor was heel smooth. De eerste stappen in Kuala Lumpur waren ook heel erg fijn, het voelt zo vertrouwd alle bekende merken, koffierestaurants, het voelt westers aan. Het was er ook niet bizar warm, erg fijn. Maar toen we bij ons hostel aankwamen moesten we wel even slikken. Na de grootste luxe van onze reis, kwamen we in de slechtste kamer van onze reis.... Een kamer van 4m2 en dat is niet overdreven, onze tassen konden er net bij in, geen ramen en het was er zo vochtig dat de schimmel op je keel sloeg. Aangezien het al laat was, zijn we er toch maar gaan slapen. Vreemde gewaarwording van pure luxe naar pure armoede. Nou ja, moet je toch ook meemaken. Kuala Lumpur was afgezien van de slaapgelegenheden (we zijn nog naar een ander hostel gegaan en was ook niet geweldig) een mooie stad met nieuwe en oude interessante gebouwen. We hebben ook gebruik gemaakt van de ongelofelijke shopmogelijkheden, niet veel gekocht, maar wel op z' n Nederlands rondgekeken.

Zondag 5 augustus zijn we een beetje op de bonnevooi naar het Sepangcircuit gegaan.Henk is nog al fan van Formule 1, dus dit circuit konden we niet links laten liggen. Blijkbaar is dat ongebruikelijk , want het was een hele reis om er te komen. Lang verhaal, maar uiteindelijk hebben we fantastische dag gehad! Er waren toch een paar mensen op het circuit aanwezig en ze waren zo ontzettend vriendelijk en behulpzaam dat we een flinke rondleiding hebben gehad, door de mediaruimtes, het podium, de start/finish lijn van verschillende plekken kunnen bewonderen en als klap op de vuurpijl 2 rondjes over het circuit. Niet zelf gereden en ook niet heel snel, maar wel heel gaaf. En bovendien uniek, want vrijwel elke zondag wordt er geraced op het circuit. Het was echt een bijzondere dag. Niet in de minste plaats, omdat het de laatste dag was van onze reis. 's Avonds laat ging ons vliegtuig terug naar Nederland en daar zijn we dus nu alweer een week....
Wat is het hier mooi, fris en vertrouwd. We hebben alweer een heleboel verteld aan ouders en broers en zussen en de rest volgt gauw, want we hebben zin om iedereen weer te zien en ons leven hier weer op te pakken. Het zal spannend worden, omdat we nog niet weten wat we gaan doen, eerst moeten we banen gaan zoeken. We wonen voorlopig in Leermens. Maar voordat we ons daar helemaal gaan settelen gaan we morgen eerst nog een week zeilen. We zijn wat eerder terug gekomen, omdat het behoorlijk wat geld scheelde voor een ticket, dus daar kunnen we nu nog een weekje genieten van het Nederlandse landschap en mooie weer hier. Ik noem dat geluk!

Lieve lezers, het was leuk om voor jullie te schrijven en vooral om alle reacties te lezen. We hopen binnen afzienbare tijd weer live te kunnen kletsen, maar eerst gaan we genieten van het mooie zeilland.
Groet'n Henk en Malou.

Met mn meissie naar Maleisie

Als Sinterklaas zo blij kwamen we aan in Cambodja (Phnom Penh) met een boot over de brede Mekong. Aankomen in Phnom Penh per boot is een hele vreemde gewaarwording: het ene moment zie je alleen maar rijstvelden en koeien die worden gewassen in de Mekong en even later vaar je langs enorme paleizen. Wat ziet het er hier rijk en mooi uit! In de avond gelijk de twee lekkerste gerechten van Cambodja gegeten, Amok (soepachtige hartige taart / curry met vis of kip) en zoete sticky rice met Mango in een bananenblad gevouwen. Phnom Penh is rijk aan mooie gebouwen en overladen met tragedie. De tragedie was enorm indrukwekkend in (een van) de Killing fields waar de Khmer Rouge zijn massamoorden uitvoerde op de meest verschrikkelijke manieren (kogels waren te duur). We hebben hier goed kunnen genieten van de luxe van Cambodja; massage, overheerlijk eten, goede accommodatie en rijke cultuur.
Van Pnom Penh zijn we met de bus gereisd naar Siem Reap om de tempels van Ankor Wat te zien. Allemamagisch wat een gigantische tempels, wat een groot oppervlak (helemaal op de fiets) en wat een mooie sferen zijn er te vinden (zie de foto's voor een kleine sfeerimpressie). 2 dagen lang rondgecrosst op goede mountainbikes en de derde dag vanwege de zadelpijn (en andere vrouwelijke ongemakken) maar een tuk tuk genomen. Op de 2e dag fietsen zijn we lukraak ergens iets gaan drinken en dat werd erg gezellig met de dochter des huizes! Het was nog geen middag maar de dubbele cijfers zaten al in de klok dus hebben we maar geen nee gezegd tegen de rijstwijn (die hier weer heel anders is, uiteraard homemade). Een paar rijstwijn later vonden we het wel tijd om weer eens een tempel te bezoeken en er wordt ons smekend gevraagd of we alsjeblieft terug wouden komen voor de lunch... vooruit dan maar. Na weer een aantal mooie tempels gezien te hebben zijn we terug gefietst waar het eten al klaar stond. Heerlijke groenten en een lekkere gevaarlijke vis met een flinke dipsaus, wat geen saus was... Uiteraard onder het genot van een 'paar' shotjes rijstwijn.
Helemaal vrolijk van het leuke gezelschap, het feit dat we niet hoefden te betalen (dan maar een flinke tip geven om te bedanken), veel geleerd te hebben van Cambodja en natuurlijk ook de rijstwijn, gingen we weer op pad. De terugweg naar Siem Reap leidde ons langs dorpjes, een onverharde weg en een aantal jongens die aan het volleyballen waren en riepen of we mee wilden doen. Gelijk afgestapt en Henk heeft een paar balletjes mogen slaan. Veel te warm natuurlijk, maar wel heel erg leuk en de jongens waren nog goed ook! Henk z'n dag kon niet meer stuk!

Na nog een dag van tempels, maar dan met de tuktuk als vervoersmiddel, heerlijk lui! zijn we dinsdag 24 juli met de boot naar Battambang (na Phnom Penh de grootste stad van Cambodja, maar niet half zo rijk en toeristisch) gegaan. Hele mooi route door het riet en de leliebladeren en langs zeer arme huizen. Ook hier hebben mensen niks te doen, behalve te voorzien in hun dagelijks voedsel en verder houden ze zich rustig in hun hangmat vanwege de warmte, maar op die manier verbruiken ze ook niet zoveel energie, zodat ze niet zoveel voedsel nodig hebben... Bizar om je dit te realiseren en zo in het midden van de schoonheid ook zoveel armoede te zien.

In Battambang zijn we uiteindelijk maar een dag gebleven, heerlijk lokaal gegeten en de bamboetrein genomen! In Cambodja is een spoornetwerk, maar niet meer in gebruik. Ze zijn er mee bezig om het op te knappen en gedeeltes worden gebruikt om goederen te vervoeren, maar verder is het gewoon te oud. In Battambang kan je naar het station, alles ligt er nog en zou zo weer gebruikt kunnen worden naar een flinke opknapbeurt. Voor de toeristen (maar ook voor de locals) is nog een stukje rails verderop in gebruik. Ze hebben een bamboetreinstelletje gemaakt waar je op gaat zitten en je over de oude, zeer kromme en hobbelige rails raast. Eindelijk zien wat de machinist ook ziet, de Efteling is er niks bij... Het duurde maar twee keer 20 minuten, maar wij waren de rest van de dag blij. Niet verwacht dat het zo leuk zou zijn!

Omdat we nog maar zo weinig zee en strand hebben gezien, willen we heel graag naar zee. In Cambodja schijnt het heel mooi en nog redelijk ongerept te zijn qua toeristen (grote gedeelten in ieder geval), maar we hoorden ook van mensen dat het daar nu erg veel regent, dus hebben we ervoor gekozen om door te reizen naar Bangkok en van daaruit de trein te pakken helemaal naar Kuala Lumpur, met tussenstops aan de kust. Dus we zitten nu in Bangkok. Net over de grens met Cambodja konden we in Thailand te trein weer pakken. Niet heel erg nieuw, maar wel goedkoper dan de bus, hij doet er dan ook 6uur over ipv 3uur, maar dat mag de pret niet drukken, want we hebben weer flink van het landschap kunnen genieten. En vanmiddag stappen we op de trein naar Maleisie. Het is een behoorlijke trip nog en je zou kunnen zeggen dat het ook leuk is om langer op een plek te blijven. Vinden wij ook, maar wat we nog leuker vinden is treinen en chillen op een mooi strand. Afgezien van het gedeelte in Europa (Groningen - Portugal), hebben we dan de langste treinreis gemaakt die je onafgesloten kunt maken in de wereld. En dat gedeelte in Europa naar Portugal gaan we ook zeker nog een keer doen, maar daar hebben we nog alle tijd voor!

Waar is de crisis als je hem nodig hebt?! Zojuist ff gecheckt; alle hotels op Perhentians (lees: het paradijseiland) zijn bommetje vol geboekt. Het is dus nog maar ff zien waar we ons luie witte gat nestelen.

Het is alweer bijna augustus en dat betekent ook dat we al gauw weer thuis zijn. Jullie krijgen een berichtje als het zover is want de tickets boeken we last minute!
Fijne vakantie!
Henk en Malou.

Vietnamezen worden vriendelijker of passen wij ons gewoon aan?

Xin Chao (= hallo in het Vietnamees, alschreeuwen de Vietnamezen graag 'hello' naar ons uit nieuwsgierigheid (giechelende meisjes) of als ze ons iets willen verkopen),

Alweer de laatste dag in Vietnam. Gelukkig voor ons en voor Vietnam hebben we het de tweede helft van de reis beter gehad. Niet qua natuur, want die was in het noorden mooier, vooral anders, dan in het zuiden, maar de mensen zijn hier wel vriendelijker. We hebben minder het idee dat we afgezet worden, al blijft het wel irritant, afdingen op water... Of weten wij er gewoon beter mee om te gaan? In ieder geval is onze tweede indruk van Vietnam beter dan de eerste en is de hitte ook een fractie afgenomen. Komt wellicht ook omdat we meer richting zee vertoefden.

Wat is het leuk om weer met de trein te kunnen reizen, ook al is de trein in Vietnam niet wat we gezien hebben in China. Het netwerk is oud, want een geplande hoge snelheids update kan alleen uitgevoerd worden door Duitsers of Japanners en daar is de Vietnamese partij te trots voor, dus het gaat relatief langzaam, maar wel weer heel mooi om de landschappen voorbij te zien komen (het zuiden is mooier qua treinroute dan het noorden). We hebben het hele traject afgeled, van de grens met China tot Saigon (zo noemen de Vietnamezen de stad toch liever dan Ho Chi Minh City, de 'nieuwe', communisitische naam).
In Hue hebben we een mooie stapavond gehad met de Engelsen die we eerder in Rusland hadden ontmoet. Het was erg leuk en gezellig om ze weer te zien, zo gezellig dat we de volgende dag erg brak waren (voor de tweede keer deze reis...) en weinig hebben gezien van de voormalige Franse hoofdstad. De laatste dag hebben we dat flink goed gemaakt met gehuurde motor door de omgeving; koninklijke tombes gezien, pagoda's, de tijger arena en de olifantentempel. Er zijn heel veel ruines in de omgeving, zoveel dat je er ook makkelijk aan voorbij rijdt, omdat nergens aangegeven staat wat het geweest moet zijn, maar heel mooi. Overigens vind je overal in Vietnam graven. In de buurt van steden zijn er begraafplaatsen, die evengroot zijn als dorpjes in Groningen (maar wel stiller) met mooie en grote grafstenen. Op het platteland vind je ze midden in het veld, daar mogen mensen zelf weten waar zeletterlijkhun laatste rustplaats willen vinden. Heel bijzonder en vaak kleurrijk.
Onze volgende stop was Hoi An, een kustplaatsje waar alle touristen naar toe komen om kleding te laten maken. Uiteraard konden wij daar niet in ontbreken en kreeg Henk zijn verjaardagscadeau, een pak op maat. Malou heeft een colbertje laten maken en kon ook de 2 jurken niet weerstaan. Het wordt een mooi kerstcadeau, want dan zullen ze ongeveer in Nederland aankomen... Toch beter dan deze mooie kleding onderin onze backpacks mee nemen. Verder kwamen we hier op straat een Nederlands gezin tegen dat we in Laos al hadden ontmoet. Het waren 2 gezellige avonden waarin we onze ervaringen uitwisselden, want we doen ongeveer dezelfde reis, maar dan in tegengestelde richting. Het is toch leuk om te zien dat het heel goed gaat om met een gezin met 3 kinderen van 7 t/m 11 jaar op reis te zijn voor een aantal maanden.

En toen moesten we ineens heel goed gaan bedenken wat we nog in Vietnam wilden gaan zien en doen, want ons visum zou binnenkort afgelopen en we waren nog maar halverwege Vietnam. Dat werd dus behoorlijk skippen. Vanuit Hoi An zijn we in een keer door gegaan naar Saigon. Wat een mooie stad, zo anders dan alle andere stadjes en steden in Vietnam, veel Westerser, maar vooral veel vriendelijker. Nog steeds proberen mensen je dingen te verkopen, maar op een heel andere manier en ze laten je veel sneller met rust... We hebben een mooie stadswandeling gemaakt en zijn vervolgens naar het War Remnant Museum geweest. De geschiedenis / Vietnamoorlog is toch wel heel heftig geweest en heeft nog steeds impact. De mooie en beroemde foto's en de personal tourguide (Henk na het lezen van het boek Tiger Force) maakten het nog indrukwekkender. Je ziet nog steeds overal bomkraters, gehandicapte mensen en leuzen van Ho Chi Minh overal door het land. Dat was ons allemaal al eerder opgevallen, maar het is nu beter te plaatsen. Heftig!

Omdat we onze hele reis eigenlijk al de Mekong volgen (begint in Zuid China, gaat door Laos en Cambodja en eindigt in Vietnam) zonder de rivier echt te zien (alleen een glimp in Luang Prabang), wilden we minimaal een dag in de Mekongdelta doorbrengen. Vanuit Can Tho, een stadje middenin de delta hebben we een dag een privebootje gehuurd die ons langs de floating markets voer. Hier doen marktmensen hun inkopen om vervolgens al het fruit en de groenten op de (stads)markten in de omgeving te verkopen. Erg leuk om te zien. Jammer alleen dat al het afval van de boten en de bewoners van de Mekongkades al hun rotzooi, van groenafval tot tl-buizen in het water gooien waardoor de rivieren erg vervuild zijn.
En nu zijn we in Chau Doc, een van de grensplaatsen met Cambodja. Vanmiddag gaan we hier de heilige Boeddistische berg Sam beklimmen, die ongeveer 10 keer zo klein is als Mount Emei, maar hier niet minder belangrijk. We zijn benieuwd. En dan is het tijd om Vietnam uit te gaan, want dan hebben we hier alweer 30 dagen doorgebracht. Deze keer zullen we de grens niet per trein of bus overgaan, maar per boot. Lijkt ook bijzonder en daar zullen we weer nieuwe avonturen beleven, hopen we. Hopelijk wel iets relaxter, maar de meeste mensen zeggen dat de Cambodjanen meer lijken op de Lao-mensen, dus daar kijken we wel naar uit.

Jullie allemaal fijne vakantie en anders nog heel even buffelen en dan is het vast ook zover :-).
Veel liefs vanuit een zonnig regenseizoen!
PS1. De foto's komen op een ander moment, want deze computer vertrouwen we niet helemaal.
PS2. Malou haar telefoon heeft het loodje gelegd, dus we zijn niet meer telefonisch (= ook geen whatsapp) bereikbaar. De mail lezen we nog steeds enigszins regelmatig.

Noord-Vietnam: motortour in de bergen en bergen in zee

Bia Hoi! (woordgrapje, zoek maar eens op)

Al tweeenhalve week in Vietnam, veel gezien en gedaan, maar nog steeds aan de noordkant van Vietnam. Het was wel even wennen hier in Vietnam, zoveel mensen, ongelofelijke hitte en veel afzetterij, maar ook erg mooi!

De eerste paar dagen zijn we in Hanoi gebleven en hebben we Hanne ontmoet. Eerst maar eens flink bijgekletst onder het genot van 'een' biertje en vervolgens uitgezocht hoe we het beste onze motortour door Noord-Vietnam konden gaan maken. We hebben voor 7 dagen een motor gehuurd en zijn in Hanoi gestart. Drukte! Maar zolang je met de stroom meegaat is het prima te doen. Je hebt hier dan ook geen rijbewijs nodig om een motor te rijden (er wordt nooit naar gevraagd), want je rijd altijd in een school (zoals vissen). Via de westkant naar Sapa gereden, door vele mooie rijstvelden / gebieden en bergen. Het motorrijden was supermooi tussen grootse bergen door en over de mooiste bochtige wegen. Onze favoriete bezigheid was om bovenaan de berg onze motor uit te zetten en geruisloos naar beneden te zoeven. We hadden gehoopt elke avond bij mensen thuis te slapen, maar uiteindelijk was dat 'maar' 2 keer, wel twee bijzondere keren. Er werd goed voor ons gezorgd, zowel qua slapen, als qua eten. We hebben onze buikjes goed rondgegeten met de lokale specialiteiten. Wat ons opviel, is dat Vietnam heel mooi is, zolang ze authentiek blijven. Zodra er maar een beetje geld in beeld is, gaan ze lelijke, betonnen gebouwen maken. Ze lijken op garages waar je zo in kunt rijden; een grote ruimte afgesloten door een glazen wand aan de voorkant. Soms is het een winkel of restaurantje, maar vaak is het gewoon de huiskamer met een tafel en stoelen uitkijkend op een hele dikke tv. Verder een trap naar boven of een gang naar achter. Oftewel geen sfeer of gezelligheid. Bij de Nederlanders kan je dat tenminste nog zien als je door de grote open ramen naar binnen kijkt. De straten worden er ook niet mooier van, want er is geen beplanting. De dorpjes waar we met de motor doorheen kwamen waren mooi en gemoedelijk, terwijl de stadjes (waar we vaak toch noodgedwongen moesten blijven) lelijk en onvriendelijk waren, ook de mensen. Gelukkig hebben we onze trip mogen afsluiten bij een vrouw die ons naast een slaapplek en eten een herbal bath aanbood (niet gratis, maar wel schappelijk!). Het was heerlijk ontspannend.
Wat we onderweg veel gezien hebben: mango's, bananen, kokosnoten, kindjes die de buffels in de gaten houden, rijstvelden!, lelijke stadjes en mooie natuur.

Om weer terug te komen in Hanoi hebben we de nachttrein genomen vanaf Lao Cai, een stadje dat tegen de grens ligt van China, Hanne heeft dus ook China mogen bewonderen... Het was gedoe om de motoren erop te krijgen, dwz het ging best soepel, maar de brandstof moest eruit en dat wisten wij niet. We hadden de tanks namelijk net volgegooid. Wij boos, mensen boos, alleen maar omdat we elkaar niet begrepen en hierdoor gefrustreerd waren. Natuurlijk kwam het allemaal goed, we waren alleen onze bezine kwijt. Er kunnen ergere dingen gebeuren. Terug in Hanoi zijn we gelijk doorgegaan naar Bai Tu Long Bay, de baai boven het beroemde Halong Bay en minstens zo mooi. Wij wilden hier naar toe om te voorkomen dat we ontzettend afgezet zouden worden (Vietnamezen denken dat bij elke toeristische plek te kunnen doen en daar hadden wij niet zoveel zin in). We zijn op eigen houtje / lokale bus er naar toe gereisd en dat ging prima. De eerste avond hebben we tussen de karstbergen gedobberd in veel te warm zeewater voor onze maatstaven, maar het was wel de eerste keer zee voor ons. Het was magisch, want we werden verlicht door de maan. De volgende ochtend gingen we verder met de boot naar een eiland in deze baai. Een mooie boottrip en een zoektocht naar een geschikte slaapplek leidden ons naar een ontzettend mooi hotelletje direct aan het strand. Op het moment dat wij daar aankwamen waren we de enigen. Oftewel we hadden een hotel, zee en strand voor onszelf. Het was erg mooi en hebben er flink gebruik van gemaakt. De eigenaar vond het maar wat mooi dat er buitenlandse toeristen waren en de Vietnamese toeristen de volgende dag ook, er werd ons vanalles aangeboden, van wodka Hanoi tot Heineken tot wiet.
Met een andere boot gingen we naar Halong Bay. Hadden we toch een (lokale) boottrip door het wereldberoemde, ontzettend mooie gebied waar (karst)bergen zo uit het water tevoorschijn komen (lijkt op de set van de Pirates of the Caribbean), maar dan langs een paar gewone dorpjes waar mensen leven en niet langs de grote resorts die zich hier hebben gevestigd.
In Halong City hebben we afscheid genomen van Hanne na twee bijzondere weken en gingen we door naar Ninh Binh. Even een pauze ingelast. Naar Tam Coc gegaan, op een klein bootje door het zoetwater Halong Bay van Vietnam. Ook hier was het karstikke mooi! Deze bijzondere bergen vervelen niet gauw. Verder veel geslapen, weer wat bijgewerkt met dagboeken, lezen en treintickets geboekt naar Hue. Daar gaan we vanavond naar toe met de nachttrein. Het is de voormalige Franse hoofdstad van Vietnam, vergelijkbaar wat dat betreft met Luang Prabang. Ben benieuwd of ze daar ook weer de fijne Franse invloeden hebben van stokbrood en cakejes...

Het gaat nog steeds goed met ons (ook qua gezondheid), ook al beginnen we thuis toch wel een beetje te missen zo nu en dan. Maar we gaan over anderhalve maand alweer richting huis, dus het gaat snel genoeg. En we willen nog heel veel! Morgen eerst een weerzien van vrienden uit Rusland, twee gekke Engelsen die Henk zn humor kunnen waarderen!

Jullie zullen nu ook langzaamaan beginnen met de vakanties!? Veel plezier op alle mooie plekken waar jullie naar toe gaan of gewoon lekker thuis natuurlijk.

Lieve groeten van Henk en Malou.

Byebye Laos, Goodmorning Vietnam!

Hoi!

We zijn in Vietnam! De tijd vliegt, na drieenhalve week zijn we nog helemaal niet zat van Laos. Ik kan het blijven herhalen, wat een mooi land, maar het is tijd om verder te gaan. Heel misschien gaan we later na het zuiden van Vietnam terug Laos in, maar dat zullen we dan zien. Nu eerst Vietnam en de hitte vliegt ons ook hier om de oren. We wennen er een klein beetje aan; rustig aan, vooral 's ochtends en aan het einde van de middag / avond actief zijn of overdag de juiste plekken opzoeken.

De laatste dag in Luang Prabang hebben we Fabienne uitgezwaaid en zijn we naar de Elephant Village gegaan; een erg toeristische attractie, maar nog bijzonderder dan we verwacht hadden. We zouden een dag doorbrengen als 'Mahout'. Dat houdt in dat we geleerd hebben om zonder trapje of iets dergelijks op een olifant te klimmen en vervolgens erop te rijden: machtig! Wat een gigantische beesten en wat een machtig gevoel als je erop zit en hij ook nog naar je luistert! We hebben verschillende rondjes gemaakt en het toppunt was het badderen en wassen van en met de olifanten. Samen het water in en dan schrobben en spelen met de olifanten. Machtig is echt het woord. Ter afsluiting van de dag zaten we heel decadent in een zwembad met uitzicht op de bergen en de rivier, flink nagenieten en afkicken.
De volgende dag zijn we met de bus naar Vang Vieng gegaan, het heuse backpackersoord in Laos. In een tube langs verschillende bars en daar een biertje drinken. De meeste mensen skippen het tuben en gaan alleen drinken. De omgeving is echter heel mooi en we hebben de verjaardag gevierd van Joe, een Manx (inwoner van Isle of Man) die we daar ontmoetten. Het was een mooie en goede verjaardag! Verder hebben we in Vang Vieng een waterval en verschillende grotten bezocht. Heel indrukwekkend! Eentje kon je van buitenaf in zwemmen.
Noord-Laos bestaat eigenlijk alleen uit (karst)bergen, jungle en rijstvelden. Er is praktisch geen vlak stuk te bekennen. Het maakt het land ook iets minder makkelijk te bereizen. Alles moet namelijk met de bus (of motor), die continue langs de berghelling gaat, veel bochten maakt en dus niet harder kan dan 30 tot 40 km/u. Weer zaten we bij locals in de bus die nogal wagenziek waren... Aangekomen in Ponsavan, leek het uitgestorven, het is hier duidelijk laagseizoen wat als voordeel heeft dat we vaak korting krijgen op accomodatie en uitstapjes. Met de motor zijn we naar de Plain of Jars gegaan. Schitterende tocht door de rijstvelden (voor het eerst dat we rijstterrassen zagen ipv dat de rijst gewoon 'droog' op de helling werd verbouwd). De Plain of Jars is een bizar fenomeen; vele velden met stenen potten van 1 tot 6 ton zwaar. Grote potten dus, die waarschijnlijk 2000 jaar oud zijn en niemand weet waarvoor ze oorspronkelijk gemaakt en gebruikt zijn. Misschien als urnen (wel erg groot) of voor de LaoLao (whiskey-opslag). Niemand weet er iets van en ze liggen er gewoon. Er zijn ongeveer 100 velden in de omgeving waar gemiddeld 100 potten liggen. Er zijn nu maar 3 velden te bezichtigen, de andere zijn te gevaarlijk. Laos is tijdens de Vietnamoorlog zwaarder gebombardeerd dan Vietnam zelf en in dit gebied, als ook in het zuiden van Laos, liggen nog steeds vele UXO's (Unexploded Ordnance), die nog steeds elk jaar levens eisen.
Van dit stukje geschiedenis gingen we naar ViengXai, dichtbij de grens met Vietnam. De bus ging midden op een helling stuk en na 2 uur wachten kwam er een Lao-tuktuk die maar 20km/u ging. Het was een vermoeidende reis, aangezien we 5 uur later aankwamen dan de bedoeling was, maar we zagen wel vele vuurvliegen, heel bijzonder! In ViengXai woonden
tijdens de hevige bombardementen van 1964 tot 1973 alle belangrijke Lao-mensen, maar ook de lokale bevolking voor 9 jaar in grotten. Ook weer zeer indrukwekkend.

En nu zijn we in Vietnam en kan een nieuw avontuur beginnen. Het is nu al aanpassen. Laos is zo rustig in alle opzichten: natuur, verkeer, (het aantal) mensen, dat is hier (weliswaar in Hanoi) wel anders... 6,5 miljoen in de gemeente Hanoi, net zo veel als er totaal in Laos wonen.
We concluderen dat we toch wel een heel mooie reis maken. Zowel het treinreizen, zoals eerder gezegd vinden we heel goede en relaxte manier van reizen (en dat kan weer hier in Vietnam!), als de geschiedenis. Overal komen we dezelfde soort verhalen tegen, alle landen waar we tot nu toe doorheen zijn gereisd waren vroeger in grote mate communistisch en nu nog steeds in kleinere mate. Mongolie en China zijn 'in ancient times' grootmachten geweest (Cambodja overigens ook, maar daar zijn we nog niet geweest). Laos en Vietnam zijn bezet geweest door Mongolie en China. Bijzonder om steeds een stukje meer van de geschiedenis letterlijk te volgen. Laos en Vietnam zijn beide kolonie geweest van Frankrijk en vervolgens heftig gebombardeerd door de Amerikanen.

En nu gaan we Hanne ontmoeten, zangmaatje van Malou en ex-Donitater. We zullen zien wat er gaat gebeuren, wellicht op naar Halong Bay en misschien naar Sapa, in het Noorden. We zullen ongetwijfeld een flink stuk geschiedenis van Vietnam zien en meemaken, maar bovenal weer treinen en naar de zee! We hebben hem nog niet gezien tijdens onze trip, dus kijken er heel erg naar uit!

Wanneer we weer terugkomen? Het zal ergens in augustus zijn. Malou heeft per 1 september weer verplichtingen, dus daarvoor komen we terug. Verder weten we nog niet hoever we komen en dus waar onze reis eindigt, misschien in Maleisie. Als het goed is kunnen we namelijk vanaf hier helemaal met de trein daar komen. Het lijkt een mooi plan dat we nog verder moeten uitzoeken. Bij jullie is de oranjegekte vast alweer voorbij, beetje slecht... We hebben de eerste twee wedstrijden kunnen zien en tijdens de laatste waren we onderweg naar Vietnam. Jammer genoeg, want het moet wel spannend geweest zijn...

Warmte voor jullie vanuit Hanoi!

Same same, but different

Sabaidee! (Lao voor hallo, werkelijk iedereen zegt het als je voorbij komt, heel vriendelijk!)

Wat is Laos mooi en wat hadden we een zin om dingen te gaan ondernemen in dit ontzettend groene land! Het heeft ons zeker een week gekost om weer helemaal bij te komen van ons ziek zijn, dwz dat we weer helemaal op krachten waren, dit was nog in China. Vervolgens waren we niet te stuiten en hebben de eerste dag dat we Laos binnen kwamen een trekking geboekt door de jungle om het mooie landschap te zien, maar ook te zien hoe mensen hier leven. Laos is een schitterend, maar erg arm land, althans voor onze maatstaven. Tijdens onze trekking sliepen we bijvoorbeeld in een dorpje met ongeveer 100 inwoners. Er was geen elektriciteit, geen stromend water (de meeste dorpen liggen aan een rivier), er wordt gekookt op een gestookt vuurtje en verder komt alles uit de natuur. Huizen worden gebouwd van bamboe en hout uit het woud, vruchten komen ook uit de jungle, rijst verbouwen ze zelf en dieren voor het vlees houden ze ook zelf of halen vis uit de rivier. Door het hele dorp lopen veel kippen, eenden, honden en varkens. En ook veel kuikens, puppy's en biggetjes... Er komt dus nergens geld aan te pas, alles wat ze nodig hebben, verzorgen ze zelf ook elkaar. Lao mensen zijn zeer vriendelijk en benieuwd, maar op gepaste afstand. Het meest bizarre vind ik dat het verschil tussen hen en ons (mensen die het land bezoeken) zo groot is. Zij zullen waarschijnlijk nooit verder reizen dan de provinciale hoofdstad, als ze daar al komen en wij komen helemaal van de andere kant van de wereld. Raar, maar het lijkt hen niet te storen en zijn vooral blij met de producten en het kleine beetje geld dat wij voor ze geven in de vorm van het boeken van een trip, het kopen van hun producten / souvenirs en het meebrengen van tandenborstels en pennen. Zo vriendelijk en gastvrij (we sliepen bij hen in huis in dezelfde kamer en ze schonken ons (altijd zelfgestookte en dus elke keer andere) LaoLao = rijst whiskey, erg sterk) als deze mensen zijn, daar kunnen wij als westerlingen veel van leren denk ik. En alles is zo mooi, de huizen en de natuur vanzelfsprekend, zoveel bomen, planten, groen. Daarbij komen ook veel muggen en bloedzuigers kijken (tijdens de trekking hadden we hier nogal 'last' van), vooral vanwege het regenseizoen. De hoeveelheid regen valt ons erg mee, de buien zijn vaak welkom, want het verkoeld een dag van 38 graden en een erg hoge vochtigheidsgraad...

Na de trekking vanuit Luang Namtha in het noorden samen met Fabienne (een Zwitserse die we de eerste dag in Laos hebben ontmoet en met wie we tot nu samenreizen) hebben we een dag rondgetourd op de motor (de omgeving is mooi en bovendien geeft het een goede airconditioning) en zijn we vervolgens naar Nong Kiaw gegaan. Een rit met kleine bus van ongeveer 4 uur en twee zeer wagenzieke mensen naast ons. Lao-mensen zitten niet vaak in de auto en zeer bochtige wegen helpen daar niet bij, dus ze hingen de helft van de tijd uit het raam... Vanuit Nong Kiaw zijn we met de boot richting een ander rivierdorpje gegaan, Mong Ngoi) en daar hebben we alleen maar geluierd in de hangmat met fantastisch uitzicht. Het enige dat we daar verder hebben gedaan is een middag in een tube (rubberen band) gehangen. De stroming van de rivier zou ons weer terugbrengen. Wat een uitzicht, allemaal karstbergen om ons heen en helemaal alleen! Helaas begon het te onweren (de regen alleen was niet zo erg) dus moesten we het laatste stuk toch weer terug in de boot die ons een stuk de rivier op had gebracht. Het waren een paar heel relaxte dagen, want er was geen elektriciteit, behalve tussen schermering (19u) en 21.30u. We sliepen dus heel vroeg en stonden met de zon weer op.

Terug in Nong Kiaw hebben we een tweedaagse kayaktocht naar Luang Prabang gemaakt, de voormalige Franse hoofdstad van Laos. Ook dit was erg bijzonder en we sliepen weer in een ander soort dorp, ook zeer primitief. Het kayakken was relatief makkelijk, want we gingen behoorlijk met de stroom mee. Het af en toe wat wildere water was leuk! Inmiddels zijn we een paar dagen in Luang Prabang en hebben het erg goed hier. Er is wat meer luxe en vooral lekkere koffie met cakejes! Dat hebben ze hier overgehouden van de Fransen die tot 1975 het land als kolonie hadden. Malou geniet, want dat hebben we een tijdje niet gehad. Verder is de stad veel kleiner dan Groningen, maar met vele tempels en monniken wat een bijzondere sfeer geeft. Het is hier warm, waar we het soms wel zwaar mee hebben. Een koffiecafe met airconditioning of ventilator en een cakeje is dan een uitkomst!

Er valt zoveel over Laos te vertellen, maar de foto's zeggen wellicht ook heel veel. Het eten smaakt ons hier ook weer erg goed, alles vers, veel eieren vanwege de vele kippen en ze kunnen hier fijne combinaties maken van kruiden! Alles wordt zelf gemaakt, dat houdt in dat dezelfde producten elke keer net weer even anders zijn, zoals de LaoLao, de fruitsakes en ook de souvenirs; same same, but different....

Tot ongeveer half juni gaan we nog iets richting het zuiden, maar blijven in Noord-Laos en dan gaan we door naar het noorden van Vietnam, onze visa hebben we vanochtend opgehaald bij de ambassade hier. Er is zoveel meer te zien in Laos, maar dit lijkt voor de handigste manier van reizen. In Vietnam kunnen we weer met de trein, want die hebben ze niet hier in Laos, dwz hij is in aanbouw zoals heel veel hier, het land is zich flink aan het ontwikkelen. Hoe de rest van onze reis verloopt weten we nog niet. Eigenlijk verandert het elke dag, er zijn zoveel mogelijkheden en richtingen. Jullie horen wat er gebeurt!

Hoop dat de zomer bij jullie ook gauw doorbreekt, want we horen dat het niet altijd even mooi weer is. Soms snakken wij erg naar een koelere omgeving, maar dan moeten we een heleboel andere dingen hier missen... We houden jullie op de hoogte en vinden het leuk om te horen hoe het met jullie gaat!

Lieve groeten uit Laos!

Ziek zijn in / van China is nooit grappig

Waarschuwing voor de mensen die graag ons positieve verhaal over China willen behouden: misschien moet je dit verhaal maar even overslaan. Maar wij zijn ervan overtuigd datdiepe gorges hoge bergen alleen maar groter en mooier doen lijken.

Het kwaad is geschied, we zijn ziek geworden en niet zo'n beetje ook. Als je een langere periode door onbekende landen reist, lees ander voedsel en andere hygiëne gewoontes, dan weet je dat het een keer zal gebeuren. Maar het komt natuurlijk altijd ongelegen. Een paar dagen geleden gingen we op weg naar de Tiger Leaping Gorge; een van de diepste kloven in de wereld. Bovendien gaat het verhaal dat er een tijger is ontsnapt aan een jager doordat hij deze kloof oversprong via een steen, vandaar de naam. Verder is het een populaire hike, omdat het zo mooi is tussen deze bergen. De eerste en gelukkig de zwaarste dag ging prima, afgezien van een omweg die we moesten maken omdat de locals de bordjes hadden dichtgevouwen en ons vervolgens wel een kortere route wilden geven voor 20yuan per persoon (= 2,50euro). Ja, zo gaat dat hier in China, ze willen overal aan verdienen. Heel veel dingen zijn heel goedkoop, behalve de entreeprijzen, vooral voor niet-Chinese touristen. Maar goed uiteindelijk hebben we het wel gedaan met 6 mensen en kregen we een mooie route en zelfs een slang te zien. Dat zijn leuke ervaringen op gepaste afstand. De rest van de route ging prima en we waren om 19u op plek van bestemming, een schitterend courtyard hostel met een nog mooier uitzicht. Eigenlijk ging het dus allemaal heel goed, totdat Henk de volgende ochtend wakker werd, wat was hij ziek. De rest van de dag zijn we dus daar gebleven. Malou heeft ondertussen een kleine hike gemaakt, je kunt je een slechtere plek voorstellen om ziek te zijn.... Na een nacht goed slapen allebei niet topfit, maar toch door naar het eindpunt. De steen waar de tijger over moet zijn gesprongen hebben we gelaten voor wat het was, want het was nog een behoorlijk pittig stuk en bovendien erg heet. En dat bleek maar goed. Vlak voordat we de bus is gingen, werd Malou ongenadig ziek. Gelukkig was er aan het begin van de Gorge nog een hostel waar we twee nachten zijn gebleven om wat aan te sterken met broodjes en een mango. In Nederland wordt rijst vaak aangeraden omdat het zo lekker licht is. Voor ons deze keer maar niet...

Gister moesten we de hete, stoffige straat op om geld te halen, wat vaak een klus is hier. Niet iets waar je zin in hebt als je letterlijk niet lekker in je vel zit. En toen kwamen in een keer alle Chinese frustraties die we blijkbaar in ons hadden naar boven. Mensen rochelen hier heel vies; mensen praten hard en veel en het liefst doorelkaar met hun scherpe stemmen; ze willen je continue iets verkopen of aansmeren; ze toeteren hier heel hard en vaak, alleen maar om te laten weten dat ze eraan komen en last but not least de geuren, de hygiëne is anders dan bij ons en dat ruik je pas echtals het niet goed gaat. Uiteindelijk hebben we geen geld kunnen krijgen en zijn we nu weer terug in Lijiang, een mooi oud Chinees stadje waar het relaxed vertoeven is. Hiermee valt helaas wel ons Tibet-verhaal in duigen. We wilden eerst namelijk door naar Shangri-la, dat redelijk vlakbij de grens met Tibet ligt, maar door de afgelopen paar dagen, is dat niet gelukt. Dat geeft dus een hele goede reden om een keer terug te gaan! We zijn blij met wat we gedaan en gezien hebben in China, maar hebben ook al heel veel zin in Laos waar we over een aantal dagen naar toe zullen reizen.

Ik zal het verhaal besluiten met een leuke gebeurtenis van de vorige keer dat we in Lijiang waren. We wilden gaan lunchen. Zoals we elke keer doen, liepen we langs de verschillende restaurantjes en eentje zag er goed en druk uit. We wezen aan bij andere tafeltjes wat we wilden hebben. Iemand in de zaak zei dat het 100yuan zou kosten (=12,50euro), vonden wij al wat veel met z'n tweeën, want normaal gesproken eten we goed voor 40yuan samen (=5euro). Vanaf een ander tafeltje werd geroepen, jullie kunnen wel met ons mee-eten, we hebben net besteld. Wat bleek, de eigenaresse stond al met een kip in handen die ze voor ons wilde slachten. Uiteindelijk hebben we dus met een aantal Chinese touristen bij het beste restaurant gegeten in de stad. Zij waren helemaal verbaasd dat we het gevonden hadden. En wij waren blij, want we hoefden niet een hele kip met alles er op en eraan, de kippenpoot als delicatesse, alleen op te eten. Gelukkig konden we in Nederland al goed met stokjes eten, maar we hebben hier flink bijgeleerd. Vis van de graat eten is ook een kunst, die hadden ze er namelijk ook bij besteld.

Dus deze cadeaus krijgen we ook nog steeds. Tja, het kan niet altijd rozengeur en maneschijn zijn en dat wilden we ook met jullie delen. Hopelijk wordt het volgende verhaal weerwat vrolijkeren voelen wij ons in ieder geval beter.

Veel liefs uit Yunnan.

PS. De hostels zijn hier heel erg prettig (om ziek te zijn al helemaal) en vaak met erg mooie courtyards waar de bloemen nu flink bloeien. Ze zijn schoon, hebben fijne lakens en meestal westerse toiletten. En dat terwijl je verder overal alleen gaten in de grond vindt en je in publieke plekken vaak moet vechten om op de wc te komen, best grappig. Je went eraan en het is vaak heel efficient, zowel het ander soort toilet en het brutaal zijn. De hostels zullen we waarschijnlijk wel missen methet over het algemeen Engelssprekende en vriendelijke personeel.

Oh my lady Gaga...

... dat zeggen de Chinezen als ze Oh my God bedoelen. De tijd stormt voorbij, dus onder het mom van 'een verhaal zegt meer dan helemaalniets laten weten', een samenvatting.

Na ons voorgaande verhaal hebben we in Beijing Henk zijn verlate verjaardagsfeestje gevierd in het zwembad. Het olympische Aquaticpark (de watercube)! Het originele bad staat er nog in, maar het complex is verbouwd zodat er nu een geheel waterpretpark is met vele ubervette glijbanen. Henk zijn verjaardag was compleet en zn waterproofcamera niet zo waterproof... Gelukkig hebben we de verhalen nog.Verder hebben we er heerlijk gegeten in de Hutongs, kleine buurten waar iedereen op straat leeft, een eigen winkeltje of restaurantje / keuken heeft waar je heerlijk en goedkoop kan eten. En we hebben ons verbaasd over de vele scouters, het geweldige is dat ze allemaal elektrisch zijn, dus je hoort en ruikte ze niet.Daar hebben ze goed overnagedacht in zo'n miljoenenstad enook de andere steden die we tot nu toe hebben gezienzijn ze allemaal elektrisch. Zouden ze bij ons ook mogen doen...

Van Beijingzijn we naarXi'an gezoefdin een zeer snelle trein. Malou heeft vrienden gemaakt meteen jongen (8)en een meisje (4). We stonden met onze bek vol tanden hoe goed zijn Engels was. Hij vertelde naar een Engelstalige school te gaan. Die scholen hebben we al meer gezien en iserg gebruikelijk naar ons idee onder welgestelde ouders. Malou heeft de kinderen beide een stuiterbal gegeven als bedankje voor de gezellige trip (want ze had zelf al een grote stuiterbal...) en ze hadden ze nog toen ze trein uitgingen...
In Xi'an zijn weuiteraard naar het Terracotta leger geweest. Meer klei gezien dan de familie Ketelaarooitkan bespreken.Ik kan jullie verklappen de beelden zijn niet uitgevoerd in de kleur die je zou verwachtten. Malou vond het vooral supermooi gemaakt en erg bijzonder en Henk dacht vooral wat een scheiterd (de keizer die het geheel heeft laten maken was doodsbang voor de dood) en wat zijn er een boel mensen mishandeld en vermoord voor hetbegraven van zoveel moois. In Xi'an,doordat we sneller dan verwachtonze treinkaartjes hadden geregeld,over de stadsmuur gefietst in de volle hitte. Het zag er vooral erg gerestaureerd uit en het uitzicht bestond vooral uit flats, omdatje over het mooie park heen kijkt datom de muur is aangelegd.Bij een pleintje met fonteintjes vond Malou eindelijk een jongetje dat ze (uiteraard stiekem) op de foto heeft gezet (zie foto's). Kinderen hebben hier nl allemaal een scheur in hun broek. De eerste keer dachten we dat het een foutje was, maar vrijwel alle kinderen van 1 tot 4 jaar hebben zulke broeken aan. Kunnen ze gelijk ergens op straat gaan zitten en wordt hun broek niet nat. Alleen kinderen van 1 jaar hebben nl luiers. Heel gek gezicht.
Van Xi'an zijn wenaar Chengdu gereisd om panda's te zien.Een fokprogramma met eenpandadierentuin. Het waren echteChinese panda'ste zien aan hun vacht, die geel met zwart was.
Iets zuidelijker naar Emei Shan gegaan om deberg Emei te beklimmen. Een heiligeBoeddhistische berg waar onder andere het eerste Boeddhistische klooster in China is gesticht. Het is eenpelgrimstocht (pelgrimstocht in hetChinees betekentongeveer: 'respect tonen / bezoek brengenaan een heilige berg') voor veleBoeddhisten.In de korte versievan 500 naar 3077 meter hoogtegeklommen.We hebben halverwege de berg in een klooster geslapen. Een monnik die we de vorige dag al hadden ontmoet, sliep hier ook.Ook hij vond het leuk om ons weer te zien en we hebben met handen en voeten gecommuniceerd en dat ging erg goed. De monnik wilde graag dat we met hem gingen bidden, wat een bijzondere ervaring onder het getrommel van een man van het klooster. We waren met z'n vieren, zeer bijzonder! Aankomendaan de top het hoogtepunt niet herkend, maar het was fantastisch. Mooi, stoer, nat (van binnen en buiten), kijk de foto's maar. Het enige wat Malou echt niet leuk vond, waren de apen. Zij leven ook op de berg en er zijn veel Chinezen die hetnog al leuk vinden om apen te zien en ze dus gaan voeren. Met als gevolg dat ze altijd opzoekzijn naar voedsel als er mensen in de buurt zijn. Het kan gebeuren dat er een uit de bosjes op je hoofd springt. Is ons gelukkig niet overkomen, maar dat kwam vooral omdat we steeds onze wandelstokken in de aanslag hadden om ze af te schrikken, we waren zelfs gewapend met stenen... Zoals gezegd, de rest was fantastisch! Wat een klim, wat een voldoening, wat een uitzichten en wat een mooie ervaring om samen met een monnik te mogen bidden.Henk: 'je weet niet dat je op de top zit, totdat je weer naar beneden gaat.'
Ondertussen gaat het dus nog steeds goed met ons, zijn we niet naar Tibet gegaan, want het was veel te duur voor dat watwe ervoor zouden krijgen en zien. Vanuit Chengdu wilden we naar het westen, want daar heb je de Tibettan Highway,waar je een goed gevoel van de Tibetaanse cultuur kunt krijgen, maar ook dat was ons niet gegund. Er was nlvlak daarvoor een monnik die zichzelf in de brand had gestoken. Onmiddellijk een reden om touristen geenbustickets te verkopen naar dit gebied.Dus zijn we nu naarberg Emei geweest en gaan we nu naar het westen in de zuidwestelijkste provincie van China, Yunnan. Ook daar schijn je goed de Tibetaanse cultuurte kunnen zien. Ik hoop het!
Cliche, maar dank jullie wel voor alle leuke berichtjes via de verschillende mogelijkheden, het is echt fijn om van jullie te horen!
Byebye (het enige dat veel Chinezen in het Engels kunnen zeggen),
Henk en Malou.